Onderwijs

Als gevolg van immigratie en een interne bevolkingsaangroei, neemt onze bevolking sterk toe. Volgens Kind en Gezin zullen er in 2020 bijna 35 000 kinderen (leeftijdscategorie 6-12 jaar) meer in Vlaanderen wonen. Kind en Gezin verwacht tegen dat jaar ook een aangroei van meer dan 18 000 peuters en bijna 31 000 kleuters. Deze verjonging zorgt ervoor dat de vraag naar kinderopvang en onderwijscapaciteit (niet alleen scholen maar ook leerkrachten) sterk toeneemt.

Ook kinderen op een veilige manier naar school laten gaan, is een belangrijke verantwoordelijkheid voor onze gemeente. Volgens Kind en Gezin is er na jaren van daling opnieuw een stijging van het aantal zware verkeersslachtoffers. Sinds 2007 noteren we een toename van zowel het aantal ernstig gewonde kinderen als het aantal dodelijke slachtoffers. Zo steeg het aantal zware verkeersslachtoffers in de leeftijdscategorie -12 jaar met maar liefst 17,5 % van 2007 naar 2008.

Visie

N-VA Anzegem wil kwaliteitsvol en bereikbaar onderwijs voor elk kind. In dat kader pleiten we voor de buurtschool in het basisonderwijs en een doordachte aanpak van het capaciteitsprobleem zowel op korte als lange termijn.

Steden en gemeenten hebben enerzijds een belangrijke lokale coördinatieopdracht wat betreft onderwijs en vorming, zowel in het leerplichtonderwijs als op het vlak van levenslang leren. Daarnaast zijn lokale besturen belangrijke inrichters van onderwijs. Een rol die ze ook in de toekomst moeten blijven opnemen.

De gemeente heeft daarnaast de mogelijkheid een flankerend onderwijsbeleid te voeren. De N-VA vindt dat we dit flankerend onderwijsbeleid, waarbij de gemeente een sector- en netoverschrijdende regierol op zich kan nemen, verder moeten uitbouwen. Het is de bedoeling dat het lokale bestuur deze opportuniteit optimaal invult en het flankerend onderwijsbeleid de hele lokale (school)gemeenschap ten goede komt.

De N-VA zet volop in op de ‘brede school’ en geeft dit concept een ruime(re) invulling. Volgens ons is een brede school het kloppend hart van de gemeenschap. Het optimaal benutten van de schoolinfrastructuur is hierbij het vertrekpunt en het draagt bij tot het versterken van het sociaal weefsel. Bovendien is het ook een kwestie van efficiëntie.

Programmapunten

Anzegem heeft een belangrijke rol als inrichtende macht en biedt eigen kwaliteitsvol onderwijs aan: leerplichtonderwijs, deeltijds kunstonderwijs en avondonderwijs. Anzegem kan ook onderwijsinitiatieven van derden steunen. Anzegem moet ervoor zorgen dat hun schooldirecties op een geschikt nascholingsaanbod kunnen ingaan zodat ze hun job met kennis van zaken kunnen invullen. Bovendien zet Anzegem het lestijdenpakket voor uren per leraar maximaal in om het aantal leerlingen per klas te beperken.

Wat betreft capaciteit en infrastructuur heeft het lokale bestuur ‘als goede huisvader’ volgens ons een dubbele opdracht. Wat zijn eigen infrastructuur betreft, monitort het deze proactief, dient het tijdig een dossier bij Agion in en voorziet het tevens de nodige, eigen budgetten. Het lokale bestuur dient ook te investeren in toegankelijke gebouwen en ICT, al dan niet in publiek private samenwerking (PPS). Wat de globale lokale onderwijscapaciteit betreft, zorgt Anzegem voor een optimale coördinatie: ze inventariseert de totale capaciteit, volgt ze op en zorgt voor de nodige proactiviteit bijvoorbeeld bij het opstellen van hun structuurplan en ruimtelijk uitvoeringsplan waarin ze ruimte voor scholen of uitbreiding van scholen voorziet.

N-VA Anzegem pleit ervoor dat de gemeente hun inwoners informeert over het scholenaanbod, de start van de inschrijvingen en de manier van inschrijven. De onderwijsraad en onderwijsregisseur kunnen hier een belangrijke rol opnemen.

N-VA Anzegem gaat voor een onderwijsraad en een onderwijsregisseur om onderwijsmateries in Anzegem te coördineren. Op die manier wordt ook netoverschrijdende samenwerking makkelijker.

N-VA Anzegem wil dat de gemeente hun rol als lokale onderwijsregisseur optimaal invult door een lokaal flankerend onderwijsbeleid te voeren. In dat kader werkt ze constructief samen met andere lokale actoren zoals andere scholen en onderwijsverstrekkers, ouders, politiediensten, sociale diensten en huisartsen, kinderopvang, gemeentelijke diensten, horeca, gemeentediensten, enz. In dit kader zien we tal van mogelijke initiatieven op het vlak van een bredeschoolbeleid, verkeersveilige schoolomgevingen, groepsaankopen, een taalbeleid, kinderopvang en kleuterparticipatie, sport en cultuur, huiswerkbegeleiding, opvoedingsondersteuning enz. Belangrijk om weten is dat de gemeente de sociale voordelen die ze aan het gemeentelijk onderwijs geeft, ook moet geven aan andere netten.

Het decreet flankerend onderwijsbeleid voorziet in de mogelijkheid voor lokale besturen om ochtend- en avondtoezicht te voorzien in alle scholen op haar grondgebied. N-VA Anzegem pleit ervoor dat Anzegem deze mogelijkheid maximaal invult om werkende ouders wat meer tijdsruimte en flexibiliteit te gunnen. Bovendien kan dit toezicht ‘creatief’ ingevuld worden, bijvoorbeeld met huiswerk-, taal- , lees- en bewegingsprojecten.

Het lokaal bestuur neemt voor de N-VA het voortouw in een vernieuwende ‘brede school’- visie en werkt die uit in een verregaand ‘brede school’-beleid. Volgens de N-VA is de brede school immers het kloppend hart van de lokale gemeenschap en versterkt ze de sociale cohesie. We pleiten ervoor om de beschikbare schoolinfrastructuur optimaal te benutten. Daarom willen we schoolgebouwen openstellen, ook buiten de schooluren en tijdens de vakanties bijvoorbeeld voor sport- en speelpleinwerking. Ook het verenigingsleven, hobby-, amateur- en sportclubs moeten er terecht kunnen. Uiteraard staan we erop dat er goede, praktische afspraken met de scholen en de burgers gemaakt worden in verband met onder andere kostprijs, toegang, verzekering, reglement, toezicht en onderhoud. Door de nabijheid van de school hoeven ouders niet langer rond te rijden om hun kinderen van de ene activiteit naar de andere te brengen. Hun kinderen kunnen ook zelfstandig en veilig naar een activiteit trekken.

De N-VA wil dat het lokale bestuur een taalbeleid Nederlands voert voor al haar inwoners. In dat kader kan het zelf een (laagdrempelig) onderwijsinitiatief nemen of leesbevorderingsprogramma’s ondersteunen.

Het lokaal bestuur werkt in samenwerking met de lokale politie en alle scholen actief mee aan een verkeersveilige schoolomgeving (bijvoorbeeld schoolfietsroutes.) Ook inzake het spijbelactieplan is een samenwerking met de lokale politie vereist.

N-VA Anzegem pleit voor een versterkte samenwerking tussen de bedrijven, KMO’s en onderwijsinstellingen in onze gemeente. Concreet kan dit bijvoorbeeld via het aanbieden van stageplaatsen door bedrijven of via de organisatie van bedrijfsbezoeken voor scholieren of studenten. De N-VA pleit verder voor een actief vormingsbeleid in onze gemeente. Het lokale bestuur kan lacunes in het vormingsaanbod opsporen, nieuwe vormingsinitiatieven aanmoedigen (bijvoorbeeld bij VDAB, SYNTRA, CVO, …) of zelf een vormingsinitiatief nemen.

In het kader van levenslang leren willen we dat onze burgers zich optimaal kunnen ontplooien zowel professioneel als persoonlijk. Het lokale bestuur kan in dat kader deeltijds kunstonderwijs (DKO) aanbieden voor al haar inwoners, jong en oud en dit op een redelijke afstand.

Sociale voordelen in het onderwijs

De gemeenten die sociale voordelen verlenen aan scholen van het eigen schoolbestuur, zijn verplicht dezelfde voordelen toe te kennen aan de scholen van de andere schoolbesturen op hun grondgebied, als die erom verzoeken. Zij mogen geen enkel onderscheid maken tussen de leerlingen, welke scholen die ook bezoeken. De volgende sociale voordelen kunnen toegekend worden:

  • het ochtend- en avondtoezicht buiten de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen;
  • het middagtoezicht voor de tijdsduur van maximaal één uur;
  • het terbeschikkingstellen van de voor het publiek toegankelijke gemeentelijke infrastructuur, met uitzondering van de roerende en onroerende goederen die uitsluitend bestemd zijn voor de organisatie van het gemeentelijk onderwijs;
  • de kosten van de toegang tot het zwembad voor de leerlingen lager onderwijs, indien het zwembad niet behoort tot de gemeentelijke sportinfrastructuur vermeld in het vorige punt. De kosten verbonden aan het verstrekken van één schooljaar gratis zwemmen, waar elke leerling lager onderwijs recht op heeft, worden niet als sociaal voordeel beschouwd;
  • het leerlingenvervoer in het basisonderwijs.

Verkeersveilige schoolomgeving

  • Schoolroutekaarten en –plannen geven de meest veilige schoolroutes aan. Er kunnen zowel fiets als wandeltrajecten, openbaar vervoer en duurzame parkeeropties in opgenomen worden.
  • In het kader van verkeerseducatie voor kleuters en leerlingen kunnen op school met een mobiel verkeerspark echte verkeerssituaties nagebootst worden, bijvoorbeeld op de speelplaats. Idealiter koopt de gemeente het educatief pakket aan en leent het kosteloos uit. Het gemeentepersoneel zorgt voor het brengen, opstellen en terugbrengen van het materiaal.
  • Lokale besturen kunnen ook via groepsaankopen onder meer fietshelmen of fluo-hesjes aankopen voor de schoolgaande kinderen in het basisonderwijs. Door sponsoring kunnen de kosten gedrukt worden.

Capaciteit en infrastructuur

  • Lokale besturen moeten op tijd investeren in hun eigen infrastructuur. Zo kochten al wat gemeenten smartboards aan voor hun gemeentelijke basisscholen.
  •  Lokale besturen moeten hun onderwijsbeleid ook plannen op langere termijn en inpassen in een breder beleid. Een baksteen kost overal evenveel, maar de prijs van een stuk grond durft nogal te verschillen. In de ‘dure’ gemeente Brasschaat werd het project ‘Wonen boven een school’ gestart.

Nieuws over dit onderwerp